De Verlaten Hoeve bij Leipzig en het Dagboek van de “Verzamelaar van de Duisternis”
Toen de Leipziger ondernemer Tobias Reinhardt in het voorjaar van vorig jaar besloot een oude, al tientallen jaren verlaten boerderij aan de rand van de stad te kopen, kon hij niet vermoeden dat hij daarmee een van de meest huiveringwekkende misdaadzaken van Saksen opnieuw aan het licht zou brengen. Zijn plan was eenvoudig: de hoeve renoveren, er een kleinschalige homestay van maken en het terrein omvormen tot een rustige weekendbestemming voor natuurliefhebbers. Maar al in de eerste week stuitte hij op iets dat al zijn plannen overschaduwde.

De verborgen ingang onder het hooi
Tijdens het opruimen van de oude schuur viel Reinhardt een opvallend gelijkmatige verhoging op onder een hoop stoffig stro. Aanvankelijk dacht hij aan een oud meubelstuk of een verkoolde houten plaat. Maar toen hij de broze halmen weghaalde, kwam een massieve houten deksel tevoorschijn – met de hand gemaakt, verstevigd met metalen ringen en vrijwel volledig verbleekt door de tand des tijds.
Nieuwsgierig, maar ook ongerust, opende hij samen met een helper het deksel. Een kille, vochtige luchtstroom sloeg hen tegemoet. Daaronder bevond zich een smalle trap die leidde naar een stenen kelderruimte, nauwelijks groter dan een bergkast. Wat zij daar aantroffen, deed later zelfs ervaren rechercheurs huiveren.
Twee skeletten – en een angstaanjagend notitieboek

Midden in de ruimte lagen twee menselijke skeletten, naast elkaar alsof ze zorgvuldig waren neergelegd. De botten waren grotendeels intact en bijzonder verontrustend: aan de schedels hingen nog lange, zilvergrijze haarlokken. Naast de resten lag een klein, in leer gebonden notitieboekje dat, ondanks de vochtige omgeving, opvallend goed bewaard was gebleven.
Op de eerste pagina stond in een ouderwets handschrift:
“Ik heb hen niet gedood.
Ik heb alleen de mooiste zielen behouden.”
De volgende pagina’s bevatten verontrustende beschrijvingen: observaties over “licht en schaduw”, aantekeningen over gezichten en stemmen, ontmoetingen met vreemden. Er werd nergens expliciet over geweld gesproken, maar de toon liet weinig twijfel bestaan: de schrijver had een obsessieve, verzamelende relatie tot deze mensen.
De vondst leidde onmiddellijk tot een grootschalige politieactie. Binnen enkele dagen werd de hoeve het middelpunt van een van de raadselachtigste strafzaken in de regio.
Het spoor leidt naar Hartmut Keller – en een verdwijning van twaalf jaar geleden
![]()
Al snel konden de onderzoekers de voormalige eigenaar van de boerderij identificeren: Hartmut Keller, 72 jaar oud, officieel sinds 2010 spoorloos verdwenen. Keller leidde een teruggetrokken bestaan en had nauwelijks contact met zijn buren. Na zijn verdwijning werd de boerderij als “verlaten” bestempeld en later doorverkocht.
Wat niemand wist: Keller was nooit echt verdwenen. Hij leefde – onder een andere naam – in een verzorgingstehuis op slechts veertig kilometer afstand.
Toen de politie hem daar opzocht, reageerde hij opvallend kalm. In plaats van verward of angstig keek hij de agenten aan met een bijna geamuseerde blik.
Op de vraag naar de kelderruimte zei hij slechts:
“Jullie hebben de ruimte geopend die ik probeerde te verzegelen…
Nu zal het licht geen rust meer vinden.”
Een uitspraak die voor de recherche geen duidelijke betekenis had en die psychologen deed vermoeden dat Keller leed aan ernstige wanen – of bewust probeerde de politie te provoceren.

Moord of macabere obsessie?
De centrale vraag blijft: wie waren de twee doden? Forensisch onderzoek wijst op twee personen tussen de 60 en 80 jaar oud. Tot nu toe zijn er geen directe overeenkomsten gevonden in Saksische vermissingsregisters. Onderzoekers bekijken of de slachtoffers deel uitmaakten van de oudere dorpsgemeenschap of mogelijk uit andere regio’s afkomstig waren.
In Kellers notitieboek staan wel talloze beschrijvingen, maar geen namen. Alleen cryptische aanduidingen als “de Zachte”, “de Wandelaar” of “de Stem in de Mist”.
De politie gaat niet uit van een klassieke seriemoord. Er zijn geen duidelijke sporen van geweld. Maar de manier waarop de lichamen zijn neergelegd, de toon van het dagboek en de uitspraken van de oude man wijzen op een diep verstoorde relatie tot dood en herinnering – mogelijk een verzamelaar, niet van voorwerpen, maar van mensen.

Een hoeve vol schaduwen – en een zaak zonder einde
Tobias Reinhardt heeft de renovatie inmiddels stopgezet. De hoeve is afgesloten, het onderzoek loopt door, en de media hebben het terrein al een nieuwe naam gegeven:
“De Schaduwhoeve van Leipzig”.
Voor de bevolking blijft het verhaal een ijzingwekkend mysterie. Was Keller een onopgemerkte dader? Een eenzame man met waanbeelden? Of iemand die iets wilde bewaren wat alleen hij begreep?
Eén ding is zeker:
de kelder die hij jarenlang verborgen hield, heeft een duister hoofdstuk geopend dat Leipzig niet snel zal vergeten.




