Nieuws vandaag

Raad van State kraakt wetsvoorstel tegen etnisch profileren: ‘Voegt weinig toe en schept onduidelijkheid’

De Raad van State heeft zich kritisch uitgesproken over het initiatiefwetsvoorstel van D66-Kamerlid Mpanzu Bamenga en voormalig NSC-Kamerlid Willem Koops om etnisch profileren expliciet te verbieden. In een advies dat op 15 december is gepubliceerd, stelt de Afdeling advisering dat het voorstel nauwelijks nieuwe juridische bescherming biedt en zelfs kan leiden tot extra verwarring in de rechtspraktijk. De Raad raadt de Tweede Kamer aan om de behandeling van het wetsvoorstel in deze vorm niet voort te zetten.

Het wetsvoorstel is bedoeld om een expliciet verbod op etnisch profileren door overheidsinstanties vast te leggen in de wet. Concreet willen de initiatiefnemers in de Algemene wet bestuursrecht en de Politiewet 2012 opnemen dat personen niet geselecteerd mogen worden voor controles op basis van ras, huidskleur of etnische afkomst. Volgens Bamenga en Koops is zo’n expliciet verbod noodzakelijk om discriminatie door de overheid effectiever tegen te gaan en het vertrouwen in de rechtsstaat te herstellen.

Aanleiding: uitspraak over de Marechaussee

Een belangrijke aanleiding voor het wetsvoorstel is een arrest van het gerechtshof Den Haag uit februari 2023. In die zaak oordeelde het hof dat de Koninklijke Marechaussee bij het Mobiel Toezicht Veiligheid langs de grens onrechtmatig onderscheid had gemaakt op basis van ras. Die uitspraak maakte duidelijk dat etnisch profileren in strijd is met het discriminatieverbod en de beginselen van gelijke behandeling.

Volgens de initiatiefnemers toont die zaak aan dat bestaande regels onvoldoende helder zijn en dat een expliciet wettelijk verbod nodig is om herhaling te voorkomen. “Zolang het niet letterlijk in de wet staat, blijven burgers het gevoel houden dat zij ongelijk worden behandeld,” zo betoogden zij eerder.

Raad van State: verbod bestaat al

De Raad van State ziet dat anders. In het advies stelt de Afdeling advisering dat etnisch profileren in de praktijk al verboden is op grond van bestaande wetgeving, waaronder het discriminatieverbod in de Grondwet, internationale verdragen en algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Volgens de Raad voegt het wetsvoorstel juridisch gezien weinig toe aan deze bestaande kaders.

Sterker nog, de Raad waarschuwt dat het voorstel kan leiden tot extra interpretatieproblemen. Doordat het begrip ‘ras’ expliciet in meerdere wetten wordt opgenomen zonder duidelijke afbakening, bestaat het risico dat onduidelijk wordt hoe dit zich verhoudt tot bestaande discriminatiegronden en jurisprudentie. Dat kan juist leiden tot meer rechtszaken en onzekerheid bij uitvoerende instanties, zoals politie en marechaussee.

Risico op schijnzekerheid

Een ander punt van kritiek is dat het wetsvoorstel volgens de Raad een vorm van schijnzekerheid kan creëren. Burgers zouden kunnen denken dat met deze wetswijziging een nieuw en sterker verbod wordt ingevoerd, terwijl de juridische realiteit nauwelijks verandert. Tegelijkertijd zouden handhavers terughoudender kunnen worden in hun optreden uit angst voor juridische consequenties, zonder dat duidelijk is waar precies de grens ligt tussen legitieme selectie en verboden profilering.

De Raad van State benadrukt dat het bestrijden van etnisch profileren niet alleen een kwestie is van wetgeving, maar ook van beleid, opleiding en toezicht. Heldere richtlijnen, betere training van handhavers en effectieve klachtenprocedures zouden volgens de Raad mogelijk meer effect hebben dan het aanpassen van wetten die al een discriminatieverbod bevatten.

Politiek gevoelig onderwerp

Het advies raakt aan een politiek uiterst gevoelig dossier. Voorstanders van een expliciet verbod stellen dat discriminatie door de overheid een structureel probleem is dat vraagt om duidelijke normstelling in de wet. Tegenstanders vrezen juist dat het debat te veel ideologisch wordt gevoerd en dat handhaving en veiligheid onder druk komen te staan.

Binnen de Tweede Kamer lopen de meningen dan ook sterk uiteen. Linkse partijen zien het wetsvoorstel als een belangrijk signaal tegen institutionele discriminatie, terwijl partijen aan de rechterzijde wijzen op het risico dat politie en andere diensten onnodig worden beperkt in hun werk.

Advies: niet doorgaan in huidige vorm

Het oordeel van de Raad van State is helder: de behandeling van het wetsvoorstel zou in de huidige vorm niet moeten worden voortgezet. Dat betekent niet automatisch dat het voorstel van tafel is, maar wel dat de initiatiefnemers aan zet zijn. Zij kunnen ervoor kiezen het wetsvoorstel ingrijpend aan te passen, beter te onderbouwen of te verduidelijken welke lacune in de wetgeving zij precies willen dichten.

Ook is het mogelijk dat de Kamer het voorstel alsnog behandelt, ondanks het negatieve advies. Het advies van de Raad van State is immers niet bindend, al weegt het in de politieke praktijk zwaar. Zeker bij initiatiefwetten geldt dat een kritisch advies vaak leidt tot vertraging of heroverweging.

Breder debat over rechtsstaat en vertrouwen

De discussie over etnisch profileren staat niet op zichzelf. Ze raakt aan bredere vragen over vertrouwen in de overheid, gelijke behandeling en de rol van de staat in het leven van burgers. De afgelopen jaren hebben verschillende affaires, zoals de toeslagenaffaire, dat vertrouwen ernstig onder druk gezet.

Voor veel burgers is het gevoel van rechtvaardigheid minstens zo belangrijk als de juridische details. Juist daarom is het debat zo beladen: waar de één pleit voor meer expliciete bescherming in de wet, waarschuwt de ander voor juridisering en symboolpolitiek.

Hoe nu verder?

De komende periode zal duidelijk worden hoe de Tweede Kamer met het advies omgaat. Wordt het wetsvoorstel aangepast, ingetrokken of toch doorgezet? Ondertussen blijft het onderwerp etnisch profileren onverminderd actueel, zowel in de politiek als in de samenleving.

Wat de uitkomst ook wordt, één ding is duidelijk: het debat over discriminatie, handhaving en rechtsgelijkheid is nog lang niet beslecht. Het advies van de Raad van State heeft dat debat niet beëindigd, maar juist opnieuw aangewakkerd.

LEAVE A RESPONSE

Your email address will not be published. Required fields are marked *