AMSTERDAM – Een grote brand in een appartementencomplex aan de Harry Koningsbergerstraat in Amsterdam-Slotermeer heeft zaterdagavond geleid tot een dodelijk slachtoffer en meerdere gewonden. Het lichaam van het slachtoffer werd pas drie uur na het uitbreken van de brand gevonden in het uitgebrande flatgebouw. In totaal raakten vijf mensen lichtgewond, onder wie een brandweerman die naar het ziekenhuis is gebracht. Volgens de Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland is zijn toestand inmiddels “naar omstandigheden goed”.

De brand ontstond kort voor 19.00 uur in een woning op de derde verdieping van het complex. De exacte oorzaak van de brand is nog onbekend, maar volgens voorlopige informatie lijkt een menselijke fout een rol te hebben gespeeld. Kort na het afgaan van het brandalarm verliet een bewoner in paniek zijn woning, maar vergat een pan op het vuur. Hierdoor ontstond vrijwel direct een tweede brand, eveneens op de derde verdieping, waardoor de situatie snel escaleerde.

De vlammen verspreidden zich razendsnel naar aangrenzende woningen. Bewoners meldden dat de rookontwikkeling “enorm” was en dat het zicht in de gangen binnen enkele minuten volledig verdween. De brandweer schaalde vanwege de omvang van de brand en de hevige rookontwikkeling snel op naar een ‘zeer grote brand’ en Grip-1. Eenheden uit meerdere omliggende regio’s, waaronder Haarlem en Amstelveen, kwamen ter plaatse om assistentie te verlenen.

Tijdens de reddingsactie moesten enkele bewoners met behulp van een ladderwagen van hun balkon worden geëvacueerd. Anderen werden via trappenhuizen of binnendoor naar buiten geleid door brandweerlieden met zuurstofmaskers. Ondanks de intensieve inzet kon één bewoner niet op tijd worden bereikt. Rond 22.00 uur, ongeveer drie uur na het uitbreken van de brand, werd zijn lichaam aangetroffen in het uitgebrande gedeelte van het complex. De identiteit van het slachtoffer is nog niet officieel vrijgegeven.

De brandweer zette een drone in om de omvang van de schade en de verspreiding van de brandhaarden in kaart te brengen. Dankzij deze luchtopnames kon de brand effectief worden bestreden, en rond 21.00 uur was het vuur grotendeels onder controle. Toch duurde het nog geruime tijd voordat de nabluswerkzaamheden waren afgerond.

In totaal moesten zo’n negentig bewoners hun woning verlaten. Zij werden opgevangen in een nabijgelegen sportcomplex, waar de gemeente samen met het Rode Kruis zorgde voor noodopvang, dekens en eten. Volgens de politie kunnen de bewoners voorlopig niet terugkeren naar hun appartementen, omdat de schade aan het gebouw aanzienlijk is en er nog onderzoek plaatsvindt naar de constructieve veiligheid.

De politie is samen met de brandweer en forensische experts een uitgebreid onderzoek gestart naar de oorzaak van de brand. Daarbij wordt gekeken naar de eerste brandmelding, de rol van het achtergelaten fornuis, en de vraag of brandmelders en sprinklers naar behoren functioneerden.

Burgemeester Femke Halsema sprak haar medeleven uit met de slachtoffers en betrokkenen. “Dit is een ingrijpende gebeurtenis voor iedereen die in het complex woont. Mijn gedachten zijn bij de overledene, zijn nabestaanden en alle bewoners die hun huis en gevoel van veiligheid hebben verloren,” aldus Halsema.

De buurtbewoners zijn aangeslagen door het drama. “We zagen dikke zwarte rook uit de ramen komen, mensen schreeuwden om hulp. Het was verschrikkelijk,” vertelde een omwonende aan AT5. Velen spreken hun lof uit voor de snelle en moedige inzet van de hulpdiensten, die tientallen levens hebben gered.

Hoewel de brand inmiddels geblust is, blijft de nasleep groot. De gemeente Amsterdam heeft aangegeven nauw samen te werken met woningcorporaties om de bewoners zo snel mogelijk onderdak te bieden. Ook is slachtofferhulp beschikbaar gesteld voor wie psychologische ondersteuning nodig heeft.

Het incident benadrukt opnieuw het belang van brandveiligheid en alertheid bij brandmeldingen. De brandweer waarschuwt bewoners om nooit kookapparatuur onbeheerd achter te laten en altijd rookmelders te controleren.

De politie verwacht de komende dagen meer duidelijkheid te kunnen geven over de exacte oorzaak van de brand en de identiteit van het slachtoffer.