Zeer zeldzaam dat agenten gericht schieten op verdachte: ‘Waarom schoten ze niet in been van 15-jarige jongen?’
Nieuws vandaag

Zeer zeldzaam dat agenten gericht schieten op verdachte: ‘Waarom schoten ze niet in been van 15-jarige jongen?’

Een schokkend incident in Capelle aan den IJssel heeft opnieuw de discussie geopend over het gebruik van geweld door de politie. Na een beroving van een fatbike werd een 15-jarige jongen uit Gouda doodgeschoten door agenten bij een McDonald’s aan de Hoofdweg. Getuigen sprongen over een hekje, er klonken harde knallen en de jongen viel op het asfalt — beelden die veel mensen hebben verontrust.

Wat weten we tot nu toe?

  • De politie werd rond 16.15 uur opgeroepen naar het Wisselspoor na melding van de diefstal van een fatbike.

  • Volgens ooggetuigen bedreigde de verdachte iemand met een vuurwapen tijdens die beroving. 

  • De jongen rende nadat hij gewaarschuwd was om te stoppen en het wapen neer te leggen. Agenten zouden meerdere keren om zich heen hebben geroepen. 

  • Uiteindelijk werd hij bij de McDonald’s neergeschoten. Hulp kwam te laat; hij overleed ter plekke. 

  • Bij het incident waren veel omstanders, waaronder jonge kinderen, aanwezig. De burgemeester, Joost Manusama, spreekt van een groot verlies en benadrukt dat het onderzoek zorgvuldig moet zijn.

De vraag: waarom geen schot in het been?

Er is brede verontwaardiging, ook in de media en onder burgers, over de vraag of agenten niet eerst een minder ingrijpende schotoptie hadden kunnen kiezen — bijvoorbeeld een schot in het been — in plaats van te richten op vitale delen van het lichaam. Verschillende punten spelen hierbij:

  1. Politieprotocollen en regels voor gebruik van geweld

    In Nederland gelden strikte regels voor wanneer en hoe politie schiet. Er moet sprake zijn van onmiddellijke dreiging, en het gebruik van vuurwapengeweld moet proportioneel zijn. Agenten worden opgeleid om te waarschuwen en de verdachte de kans te geven zich over te geven. 

  2. “Let the shot in the leg” is vaak geen realistische optie

    • Schiettechnisch is het vaak zeer moeilijk om precies te mikken op een been, vooral als de verdachte beweegt of rent.

    • Het risico bestaat dat het schot misgaat, andere mensen raakt of het slachtoffer in een nog gevaarlijker toestand brengt.

    • In de hectiek van een achtervolging, zeker in een drukbezochte omgeving zoals bij McDonald’s, is er weinig tijd voor perfecte nauwkeurigheid.

  3. Dreiging met vuurwapen




    De verdachte werd gezien met een vuurwapen, bedreigde mensen ermee, en negeerde herhaalde waarschuwingen om te stoppen en het wapen neer te leggen. Volgens de politie duidt dit op een directe bedreiging. 

    Wanneer iemand een wapen in handen heeft, spreken politieprotocollen vaak over “lethal threat” — dat wil zeggen: het gevaar dat er levens verloren gaan — en in zulke gevallen is gericht schieten vaak niet de eerste keuze omdat timing en veiligheid belangrijker zijn dan precisie.

  4. Onderzoek van de Rijksrecherche

    De Rijksrecherche doet onderzoek naar het gebruik van vuurwapens door de politie (verplicht in gevallen met gewonden of doden) om te bepalen of het voldane is aan de wet: waren de waarschuwingen voldoende? Was de inzet van geweld proportioneel? Was er ruimte voor een alternatieve aanpak?

Eerder gezichtspunt: zeldzaamheid van gericht schieten

Analisten geven aan dat gericht schieten op ledematen (zoals een been) zeldzaam is in de praktijk, vooral in Nederland. Meestal worden schoten gericht op het lichaam of wanneer de politie-inschatting is dat het leven van een ander (of de agent) direct in gevaar is. Dit komt doordat het mikken op een been veel minder zeker is en de tijdsdruk en bewegingsdynamiek vaak te groot zijn.

Bovendien kunnen omstandigheden het moeilijk maken: verlichting, zichtlijnen, snelheid waarmee de verdachte beweegt, doorgang van ruimtes, obstakels — al deze factoren beïnvloeden waar geschoten wordt. In dit geval waren er getuigen, een bedreiging met wapengeweld, en vluchtpogingen van de verdachte. loesoe.

Reacties uit de samenleving

  • Burgemeester Joost Manusama noemt het incident “ingrijpend en verdrietig” en spreekt zijn medeleven uit. Hij benadrukt dat dit een groot verlies is voor de nabestaanden en dat getuigen traumatisch kunnen worden beïnvloed door wat zij zagen. 

  • Veel inwoners vragen om openheid van het onderzoek, verlangen naar duidelijke antwoorden. De oproep is om nog niet te speculeren vóór de resultaten bekend zijn. 

  • Er is ook een maatschappelijk debat over het vrij makkelijk verkrijgen van omgebouwde gaspistolen en andere wapens onder jongeren. Dit incident voedt de discussie over jeugdcriminaliteit, wapenbezit en preventie. 

Wat weten we niet?

  • Of het technisch mogelijk was om met zekerheid op het been te richten in die situatie.

  • Hoe ver de verdachte precies van de agent stond op het moment van de schoten — afstand speelt een grote rol.

  • Hoe de agenten de situatie beoordeelden qua dreiging: zagen zij dat mensen of kinderen bedreigd werden, was er zicht op een veilig schot?

  • Welke alternatieven agenten overwogen (bijv. ontwapenen, gebruik van minder dodelijk geweld).

Conclusie

De dood van de 15-jarige jongen roept terecht grote vragen op over wanneer politie vuurwapengeweld mag gebruiken, en of er altijd ruimte is voor minder vergaande maatregelen zoals een schot in het been. De Nederlandse wet en politieprotocollen schrijven voor dat geweld proportioneel moet zijn, met waarschuwingen en mogelijkheden tot overgave. Maar in realistische situaties — achtervolging, gevaar, beweging, tijdsdruk — blijkt dat gericht schieten op een been vaak niet haalbaar of veilig is.

Het lopende Rijksrecherche-onderzoek zal hopelijk duidelijk maken of in deze zaak de politie heeft gehandeld binnen de kaders van de wet. De uitkomst is van groot belang — niet alleen voor de nabestaanden, maar voor het vertrouwen dat burgers hebben in politieoptreden, vooral wanneer jonge verdachten betrokken zijn.

LEAVE A RESPONSE

Your email address will not be published. Required fields are marked *